De wereldgezondheidsorganisatie (WHO) is dé autoriteit op het vlak van onderzoek naar de relatie tussen milieu en gezondheid. Gedurende zes jaar bestudeerden 35 wetenschappers de effecten van nachtelijke geluidshinder op de gezondheid en werkten aanbevelingen uit voor nachtlawaai. Het onderzoek vond plaats op Europese schaal. Uit het onderzoek blijkt dat geluidsoverlast ’s nachts verregaande gevolgen heeft voor de gezondheid, gaande van een verhoogde bloeddruk over hart- en vaatziekten tot vroegtijdige overlijdens.
De WHO-aanbevelingen moeten aanzien worden als een aanvulling op de Europese geluidsrichtlijn. Die richtlijn legt immers wel op hoe geluidsoverlast moet aangepakt worden – met geluidskaarten en actieplannen – maar legt zelf geen geluidsnormen vast. De WHO stelt dat haar richtlijnen gebruikt kunnen worden door de bevoegde overheden om dergelijke normen in te voeren.
Om de gezondheidsimpact op lange termijn te beperken, beveelt de WHO aan om de nachtelijke geluidshinder onder de 40 decibel (dB) te houden, dit als jaargemiddelde. En een jaarlijkse geluidsbelasting ’s nacht boven 55 dB is al helemaal de grens waarboven de gezondheidsimpact echt problematisch wordt. De WHO stelt daarom voor om te vertrekken van een jaargemiddelde van 55 dB als interim doelstelling en dit gradueel te laten afnemen tot 40 dB.
Veel hangt ook af van de bron van geluidshinder. Wegverkeer bijvoorbeeld wordt gekenmerkt door een constante verstoring met weinig geluidspieken – hiervoor is een jaargemiddelde een goede indicator. Vliegverkeer wordt dan weer gekenmerkt door een relatief beperkt aantal verstoringen, maar wel met hoge geluidspieken. Voor dit soort bronnen moet daarom ook gekeken worden naar de geluidspieken en het aantal geluidsverstoringen per nacht. Bijzondere aandacht moet uitgaan naar meer kwetsbare groepen, zoals jongeren, zieken of mensen die in shiften werken. Daarnaast beveelt de WHO ook aan om in ruimtelijke planning rekening te houden met geluid. Zo wordt aanbevolen om drukke verkeerswegen weg te houden van scholen en ziekenhuizen.