Uit het jaarlijkse voortgangsrapport van het benchmarkingconvenant blijkt dat de Vlaamse bedrijven aanzienlijk terrein verliezen op het vlak van energie-efficiëntie. Onze bedrijven dreigen de doelstelling om tegen 2012 tot de efficiëntste ter wereld te behoren, niet te halen
Het benchmarkingconvenant bestrijkt 80 procent van het industrieel energiegebruik, en is daarmee een van de belangrijkste energiebeleidsinstrumenten dat Vlaanderen rijk is. De mate waarin het convenant succesvol is, heeft dus een zeer grote impact op het klimaatbeleid van ons land. Uit de voorbije rapporteringen bleek telkens dat onze bedrijven op koers zaten en beter scoorden dan de wereldtop. We namen deze resultaten de voorbije jaren al kritisch onder de loep.
Uit het nieuwe jaarverslag blijkt nu dat onze bedrijven hun voorsprong op de wereldtop bijna volledig uit handen hebben gegeven. De economische crisis lijkt op dit vlak een nefaste rol te spelen.
Het absolute energieverbruik en de absolute CO2-uitstoot mogen dankzij de crisis dan wel lager liggen, op de energie-efficiëntie heeft de economische crisis een nefaste impact. En het is deze parameter die essentieel is in de omslag naar een energie-efficiënte en koolstofarme economie.
De vraag is welke factoren juist voor deze negatieve evolutie zorgen. Het rapport wijst voornamelijk de verlaagde productie met de vinger, aangezien de energie-efficiëntie daalt bij lagere productievolumes. Op basis van het verslag is het echter moeilijk te bepalen in welke mate andere factoren een impact hebben op de verlaagde energie-efficiëntie en vermeden CO2-emissies. In hoeverre ligt het uitstellen van investeringen mee aan de oorzaak van een minder goede energie-efficiëntie? Wat is de exacte impact van een wijziging in brandstofgebruik?
Minister van Energie Van den Bossche uitte in haar beleidsnota het goede voornemen om het benchmarkingconvenant om te vormen tot een meer omvattend klimaatconvenant. Bond Beter Leefmilieu verwelkomt dit engagement, maar vraag expliciet om het brede middenveld te betrekken bij de evaluatie van het huidige convenant en haar omvorming naar een meer omvattend klimaatconvenant. Dit is overigens ook wat de Minaraad vraagt (zie http://www.minaraad.be/adviezen/2009/beleidsnota-leefmilieu-en-natuur).
Bond Beter Leefmilieu wees er in het verleden herhaaldelijk op dat er nood is aan meer transparantie in de werking van het convenant. Wij herhalen dan ook onze vraag naar een parlementaire hoorzitting over de werking van het convenant. Hierbij dient niet enkel een evaluatie van evolutie van de energie-efficiëntie te gebeuren maar moeten ook het instrument zelf en de gehanteerde procedures kritisch onder de loep genomen worden. We hebben immers nood aan een sterk instrument om onze bedrijven mee op weg te zetten voor het behalen van de Europese klimaatdoelstellingen tegen 2020.