Nederlandse route naar gasloos wonen: gaat Vlaanderen mee op pad?

In Nederland presenteert Milieudefensie haar nieuwe ‘Routekaart naar gasloos wonen’. De milieuvereniging heeft een plan om de verwarming van 7,7 miljoen Nederlandse woningen te vergroenen. Het plan geeft duidelijk aan wat de belangrijkste keuzes zijn voor huishoudens, gemeenten en de overheid. Daarnaast legt het ook verschillende opties op tafel om de transitie op een realistische en eerlijke manier te financieren.

Isolatie blijft key

Voor Milieudefensie zijn er twee types duurzame warmte: warmtenetten en all-electric. Toch blijft in beide gevallen isolatie het sleutelwoord om alle woningen klaar te stomen voor gasloze verwarming. Hoe ziet Milieudefensie die transitie? Wie zijn de belangrijkste actoren? Wat met de financiering? En welke lessen kan Vlaanderen trekken uit het plan van haar noorderburen? Hieronder wordt het duidelijk.

Alles begint met duidelijke planning

Volgens Milieudefensie moet de overheid eerst een helder besparingsdoel voorop stellen: per gemeente aangeven hoeveel kubieke meter aardgas per jaar bespaard kan worden door woningen en gebouwen gasloos te maken. Als burgers vragen waarom hun wijk verder moet zonder gas, kunnen gemeenten verwijzen naar de afspraken die gemaakt zijn met de Nederlandse overheid.

Gemeenten op hun beurt, moeten de nodige ruimte en financiële middelen krijgen om een goede regie te voeren. Ze moeten fors investeren in advies en begeleiding en vanaf dag één in gesprek gaan met inwoners.

Tegen 2021 moeten lokale besturen een lokaal energietransitieplan klaar hebben, moeten ze per wijk bepalen wat de warmtebron wordt en wanneer het gasnet wordt afgesloten. Wachten tot 2021 is uiteraard geen optie. Nu al kan er veel ervaring opgedaan worden met de omschakeling naar duurzame warmte. Bovendien is het erg belangrijk om geen nieuwe lock-ins te creëren. Zo moet nieuwbouw nu al gasloos gemaakt worden.

Duidelijke communicatie en keuzevrijheid

Het is van belang om helder te zijn, zegt Milieudefensie: iedereen komt aan de beurt, zonder uitzondering. Wel moet een eigenaar of huurder inspraak krijgen in de manier waarop de omschakeling plaatsvindt. Dat is erg belangrijk voor Milieudefensie. De neiging bestaat om efficiëntie na te streven en zo de individuele keuzevrijheid te omzeilen, maar dat is onverstandig. Burgers dwingen om mee te doen met een stadsverwarmingsproject creëert weerstand. De vrijheid om niet mee te moeten doen dwingt aanbieders om met een concurrentieel aanbod op te proppen te komen. In de praktijk kiezen mensen zelden voor een duurdere individuele optie die meer tijd en moeite kost als er een goed collectief aanbod ligt.

Ook de planning moet snel duidelijkheid verschaffen: welke wijken zijn het laaghangende fruit, welke worden aangepakt in de tweede golf en welke technisch of financieel moeilijke wijken moet de overheid als laatste aanpakken? Het is cruciaal om de timing publiek te maken. Voor veel woningeigenaars zal de zoektocht naar een duurzaam alternatief voor de cv-ketel pas echt beginnen nadat de gemeente een aanbod heeft opgesteld voor de wijk. Als er een warmtenet komt, is de keuze meestal relatief eenvoudig.

Er is ook aandacht nodig voor tussenoplossingen; voor wanneer de cv-ketel het begeeft, maar overstappen op duurzame verwarming niet direct mogelijk is. Als duidelijk is dat de woning nog een tijd op het gasnet blijft, kan een hybride warmtepomp een optie zijn. Huren of leasen van een verwarmingstoestel kan een goed idee zijn als een wijk op het punt staat om over te schakelen van gas naar duurzame warmte. Gemeenten zouden de verkoop en plaatsing van gasketels in die wijken zelfs kunnen verbieden om te vermijden dat bewoners onnodige kosten maken.

Financiering

Bij business-as-usual (wanneer Nederland niet snel omschakelt naar gasloze verwarming) stijgen de kosten voor gas, netwerken, cv-ketels en onderhoud naar 21 miljard euro per jaar tegen 2030. Dat komt hoofdzakelijk door een stijging van de gasprijs. Ruim 20% van de woningen is dan gasloos. In het scenario van een versnelde uitstap is ruim 80% van de woningen gasloos tegen 2030. De jaarlijkse kosten lopen dan op tot 28 miljard euro per jaar. Een verschil van 7 miljard euro. Daar tegenover staat de vermeden klimaatschade.

De milieuvereniging pleit voor een warmtetransitiefonds voor huishoudens die de verbouwingskosten niet kunnen betalen. Als de lusten en lasten niet eerlijk verdeeld worden, loopt de transitie vrijwel zeker vertraging op en zal de energiearmoede toenemen. Verder zal de overheid, zeker in de eerste jaren, een fors deel van onrendabele duurzame verwarmingsapparatuur moeten subsidiëren. Dit om te zorgen dat voorlopers worden aangemoedigd en er geen weerstand ontstaat.

De Nederlandse milieuvereniging ziet naast het warmtetransitiefonds, dat gespekt moet worden door een CO2-taks, nog vier andere financieringsvormen. Via een systeem van tendering (zoals bij windmolenparken), zouden grote aantallen gelijkaardige woningen tegen competitieve prijzen gerenoveerd kunnen worden. Milieudefensie wil ook een uitbreiding van de hypotheekruimte tot 110%, met aangepaste voorwaarden voor het hypotheekbedrag dat bedoeld is voor de verduurzaming. Voor financiering van besparingsmaatregelen met een lange levensduur stellen ze het principe van gebouwgebonden leningen voor. Die gaan bij de verkoop van de woning mee over naar de nieuwe eigenaar. Ten slotte ziet Milieudefensie een belangrijke rol weggelegd voor de gemeenten wat betreft de voorfinanciering en uitvoering van renovaties bij kansengroepen.

Ook Vlaanderen heeft nood aan een structurele aanpak

Milieudefensie erkent dat er niet één enkele waarheid is. Er is geen standaardmanier om miljoenen woningen los te koppelen van aardgas en een duurzaam alternatief te voorzien. Net zoals er geen standaardhuizen of bewoners zijn. Dat geldt ook voor Vlaanderen. Makkelijk wordt het niet. Maar Milieudefensie leert ons wel dat het tijd is om na te denken over een structurele aanpak voor heel het Vlaamse grondgebied en een langetermijnvisie te ontwikkelen. Vlaanderen mag niet langer tevreden zijn met enkel proefprojecten.

> Lees de routekaart van Milieudefensie

Groene warmte

Meer over Groene warmte